Op 8 september verschijnen 3 zegels met toeslag ter gelegenheid van het feit dat 125 jaar geleden op 17 juli 1867 werd opgericht: "Eene Nederlandsche Vereeniging tot het verlenen van hulp aan zieke en gewonde krijgslieden in oorlog, hetzij Nederland al dan niet daar bij betrokken is", sinds 1895 beter bekend als Het Nederlandsche Roode Kruis. Het zijn de volgende waarden: de 60+30c, 70+35c en 80c+40c. De zegels verschijnen als loketvellen van 10x10 of als postzegelboekje 46 met 3 zegels van 60c, 2 zegels van 70c en 1 van 80c gecombineerd. De zegels zijn ontworpen door Ever Meulen. Bij de 80c staan waarde- en landsaanduiding met de basis naar rechts. De velzegels zijn gedrukt in drukvellen ter grootte van 2x een loketvel van 10x10, op de Roland Favorit 362 in 4 kleuren in een drukgang. De zegels zijn gedrukt in de kleuren zwart, magenta, geel en grijs [60c] resp. blauw [70, 80c]. Voorzien van raster 100 is de kleur zwart onder 45 graden [60, 70c], magenta onder 75 [60, 70, 80c], blauw onder 15 [70, 80c] graden. De hoek bij het geel was niet vast te stellen, evenmin als van het grijs bij de 60c. De voornaamste handicap was dat tijdens het bezoek aan "Zegelwaarden" slechts modelvellen aanwezig waren en de stadiavellen voor een expositie in het PTT-museum. |
De randverschijnselen zijn als volgt: Telcijfers in zwart 1-10 links, 10-1 rechts. Paskruizen boven zegel 10 van het bovenvel [=R-vel], en onder zegel 100 van het ondervel [=L-vel]. Onder de zegels 99-100 staan een zwarte L of R gevolgd door vier 1-en: zwart, geel, magenta en grijs [60c] resp. blauw [70, 80c], van links naar rechts. Links op de velrand van het drukvel staat een Brunner-balk die op de loketvellen niet te zien zal zijn. Bij alle waarden staan op het ondervel krabbels ver onder zegel 99. En ver boven zegel 9 een verticale streep. Onder de zegels 91-94 staat het "Artikelnummer: 100219" [60c], [resp. 100220 [70c], en 100221 [80c]] en "Aanvang Verkoop 8 September 1992". Het modelvel van de 60c was voor accoord getekend op 24 juni 1992, dat van de 70 en 80c op 25 juni 1992. Alle ongeperforeerd. Bestelstaatnummers 4101, 4102 en 4103. De oplagevellen hebben hoogstwaarschijnlijk kamperforaat 13 1/4:12 3/4 24/16 tanden horizontaal/verticaal, en drie velranden geheel doorlopend geperforeerd, de linkerrand niet. Het papier is fosforescent offsetpapier van Harrison and Sons, HS6 1630/7%, dat aan de beeldzijde onder UV-licht wit oplicht en nalicht [fosforesceert], aan de gomzijde wit oplicht doch niet nalicht [fluoresceert]. De papierrichting is |. Het papierdoorzicht is IIIp met glansdiagonalen -45/45 voor alle waarden. De gom is door Joh. Enschedé aangebracht: D2b. |
De postzegelboekjes zijn in een heel ander drukprocédé uitgevoerd. Net als bij de Zomerzegels van 1986, 1991 en 1992 zijn bij deze Rode Kruis-zegels de loketvellen in offfset gedrukt en de boekjes in rasterdiepdruk. Net als bij Zomer 1991 en 1992 met gegraveerde cylinders. De bovenste rij van 3 bevat 2x de 70c en de 80c, de onderste rij 3x 60c. De lay-out is 2 banen van 11 boekjes naast elkaar op de cylinders. Het modelvel, met bestelstaat nummer 4104, dat voor accoord was getekend op 18 juni 1992 vertoont de volgende randverschijnselen waarbij de rijen genummerd zijn naar positie op het modelvel. Naast de rij 6 staan links en rechts paskruizen. Horizontale registerbalken staan op de linker- en rechtervelrand naast de rijen 1 [magenta, geel, magenta], 10 [zwart, magenta], en 11 [zwart, blauw]. Een schuine magenta balk naast rij 2. Een verticale balk opgedeeld in 7 of 6 van boven naar beneden lichter wordende hokjes vinden we naast rij 7 [in alle kleuren], eenzelfde soort balk maar dan in zwart zowel naast rij 8 als rij 9. |
Het modelvel was voorzien van scheerperforaat. De drukrichting is O. De kleur zwart is heel fijn gerasterd met een min of meer 45/45 graden raster, de andere kleuren hebben een min of meer duidelijk liggende [magenta] of staand Wybertje [blauw] dat wat grover is. Geel heeft een vrij grof raster met iets steilere hoeken dan zwart. De indirecte methode [punten/mm horizontaal/verticaal] levert bij deze zegels het volgende op:
Het papier is fosforescent rasterdiepdrukpapier van Harrison and Sons, HS3 1630/7%, dat aan de beeldzijde onder UV-licht wit oplicht en nalicht [fosforesceert], aan de gomzijde wit [?] oplicht doch niet nalicht [fluoresceert]. De papierrichting is |. Het papierdoorzicht is IIIp met glansdiagonalen -45/45. De papierdikte is 10/100mm. |
Zoals in het juli/augustus-nummer is aangegeven wordt sinds eind vorig jaar rasterdiepdruk-papier gehanteerd waarbij het papier zelf [dus niet de coating] geen [of zeer weinig] witmaker meer bevat. Na de wat teleurstellende ervaring met de Nobel-prijs zegels [loketvellen] waarbij de volvlakken vrij veel witte vlekken vertonen is aan Harrison & Sons verzocht om diepdruk-papier te leveren met een gladder oppervlak [beter gesatineerd]. Het lijkt erop dat Harrison gelijk ook maar de witmakers uit het papier heeft laten vervallen. |
Er zijn geen modelvellen bij Zegelwaarden. Ten behoeve van het PTT-Museum zijn inmiddels wel oplagevellen met L en R 2222 gevonden van de 70+35c. Onder verzamelaars is hier en daar de plaatnummer combinatie opgedoken. Het papier wijkt enigszins af van dat van de combinatie LR 1111. In plaats van IIIp -45/45, een duidelijk doorzicht maar zwakke glansdiagonalen, een zwak doorzicht IIIp met duidelijke glansdiagonalen -70/30. Door Joh. Enschedé zijn inmiddels de plaatwissels bevestigd. Iedereen die zich wezenloos gezocht heeft naar de Westerbork 2, zal nu toch echt alle registers open moeten trekken om deze plaatnummer-combinatie in handen te trekken. |