Proeven van rotogravurezegels vervaardigd door de Nederlandsche Rotogravure Maatschappij te Leiden 1923-1943
|
De proeven voor Nederland en Nederlandsch Indië - de nomnale waarde zegt niet veel over de datum van druk. Het papier is niet gecoat met doorzicht I (wybertjes) , terwijl de meeste proeven gecoat papier hebben met doorzicht I (wybertjes). / The essays for the Netherlands and for the Dutch East Indies - the face value doesn't give any useful information about the date. The paper is uncoated wove (=type I) whereas most essays are on whiteish coated wove paper ( =type I) Het materiaal uit het PTT Museum was aan hen gestuurd door de heer W. Guerin op 2 november 1935 / The items in the Postal Museum were sent to them by mr W. Guerin on November 2nd, 1935. 'Plaatfouten' suggeren dat 6x3 is de echte velopmaak / 'Flaws' suggest that 6x3 is the real sheet size |
|
De proeven zijn opgenomen in de volgorde zoals ze ook in het NRM boekje zaten, elke bladzijde had 2 blokken afgezien van de Negerin en de Sultan die samen op één bladzijde zaten; de 10 Guilloche was diagonaal aangehecht en het bankbiljet had een aparte bladzijde. De proeven van Prins Hendrik had ik eerder toegedacht aan mogelijk een Harrison jr, maar met dank aan Glenn Morgan voor de suggestie, ook het feit dat het kader min n of meer dat van de 7 1/2 Nederland met Koningin WIlhelmina pleit ook wel meer voor Prins Hendrik. En ook het frame vsn de Sultan is min of meer dat van de 25c Nederl. Indië Alle behalve de Springbok draagt de inscriptie 'Specimen'. De Springbok komt verderop in het stuk over Zuid Afrika aan de orde. |
The samples arranged in the order they appeared in the NRM sample booklet, each page had 2 blocks but for the 'Negress' and the 'Sultan' who were togetheron one page; the 10 Guilloche affixed diagonally, and the banknote having a page for itself. The samples that originally were thought by me to be a Harrison jr. may just as wel be - thanks to the suggestion of Glenn Morgan - the Prince Consort Hendrik. Since the frame is more or less the same as that of the 7 1/2 Nederland, the Prince Consort is more likely... And also the frame of the Sultan is more or less the same of that of the 25c Nederl. Indië All but the Springbok are bearing thr inscriptions 'Specimen' . The Springbok will be further dealt with in the chapter on South Africa. |
|
De proeven hebben dezelfde tekening als de proeven uit het boekje met subtiele verschillen zoals de afmeting of het raster. Ze zijn alle ongetand en één-kleurig. |
The essays have the same designs as the samples with slight modifications such as the size or thescreen. They are all imperforate and mono-coloured. |
|
Alle zijn los afgedrukt op een velletejes, ongetand met wit gecoat type I papier. Alle landen behalve Argentinië hebben huin zegels inhet buitenland laten drukken inde jaren twentig. De Gold Coast zegesl van 1928 zijn uiteindelijk door Harrison and Sons in rasterdiepdruk gedrukt met en licht gewijzigde tekening. Duidelijk gemaakt voor Harrison and Sons die uit waren op een druk-contract, zoals ook proeven gemaakt voor Egypte en South Africa iets eerder (rond 1922) |
All are single prints on a miniaturesheet, imperforate, whiteish coated wove paper. All countries but Argentina had new stamp isssues printed abroad in the late twenties. The 1928 Gold Coast issue was printed in photogravure by Harrisonand Sons, the design slightly altered. Apparently made for Harrison and Sons who were out for printing contracts, similarly made uop essays were made for Egypt and South Africa but earlier (circa 1922). |
|
Wat ze alle gemeen hebben is de velgrootte - niet langer mini velletjes maar kleine vellen of zelfs normale vellen van 10x10. Nieuw is ook het gebruik van rasterloze rasterdiepdruk. De plek van de rasterloze zegels in het boek suggereert ook dat ze later zijn toegevoegd voor dat ze werden uitgedeeld (/) door de NRM als een aanvulling. De methode moet nieuw zijn geweest (in 1926?) omdat ze andere ee meer promnentere plek hadden gekregen. 1926 sluit ook aan bij de datum van de andere Argentijnse proef (!2 centavos 1826-1926) alsmede wat geschreven staat op het mini velletje. |
What they al have in common is the sheet size - no longer mini miniature sheets , but little sheets and even normal sheets of 10x10. New is the use of unscreened photogravure. The place of the unscreened stamps in the sample booklet suggests that they were added to the booklet before handing out (?) by the NRM as a supplement. The method must have been new (in 1926?) as it had been given a more appropiate place otherwise. 1926 isalso suggested by the date of the other Argentinian essay (12 centavos 1826-1926) plus the script on the mini sheet. |
|
|
|
De eerste Goebel rasterdiepdruk druk-aan-de-rol pers was verkocht aan de Instituto Poligrafico del Stato te Rome. De twee 'Saggio' [saggio=esssay] waren gedrukt en geperforeerd op depers, vermoedelijk in Darmstadt met drukcylinders geëetst door de NRM. DeItaliaans frankeerserie van 1929 had kruisraster, die van de Vatican Stad uit 1929 was rasterloos. Het waren de eerste zegels op de drukpers. South Africa zou volgen. Zie eenapart hoofdstuk voor de proeven. Rond 1930 heeft Goebel boekdruk rotatie-persen verkocht aan de Munt in Buenos Aires, Argentinië Plaatdruk druk-aan-de-rol persen gingen naar Denemarken (1933), Zwitserland (1936, in combinatie met rasterdiepdruk), Polen (1937) en Zweden (1938). Rasterdiepdruk druk-aan-de-rol persen gingen naar Mexico (1934) en Noorwegen (1937). Alle kammen 14 14/17 waren gemonteerd op d e pers, de proeven waarschijnlijk gedrukt in Darmstadt, minderaannemelijk ter plekke, met drukcylinder geëtst door de NRM. De lijn 10 3/4 is vermoedelijk een gestripte kam van de Oficina de Hacienda sinds 1933 in gebruik. De Goebel pres werd geinstalleerd bij de Talleres de Impresion de Estampillas y Valores, Mexico City (onderdeel van de Secretaria de Hacienda y Crédito Publico [SHCP] net als de Oficina de Hacienda => Ministerie van Financiën). De schuin geplaatste Mexicaan 1P is zo vanwege het raaterlozeprocedé - vergelijk de papierstand bij de Zwitserse Pro Juventute zegels! |
The first Goebel photogravure reel-fed rotary-presses were sold to the Instituto Poligrafico del Stato in Rome. The two 'Saggio' [saggio = essay] were printed and perforated on the press, probably in Darmstadt, with cylinder etched by the NRM. The Italian definitives of 1929 (cross-lined screen) and the Vatican definitives of 1929 (unscreened) were the first stamps printed on thatpress. South Africa was next. For essays and trials see separate chapter. About 1930 Goebel typography reel-fed rotaries were installed at the Casa de Mneda, Buenos Aires, Argentina. Recess reel-fed rotaries went to Denmark (1933) , Switzerland (1936) combined with photogravure, Poland (1937) and Sweden (1938). Photogravure reel-fed rotaries went to Mexico (1934) and Norway (1937). All comb 14 14/17 were mounted on the presses, the essays either printed in Darmstadt, or less likely on the spot, with cylinders etched by the NRM. Line 10 3/4 is probably a stripped comb as used by the Oficina de Hacienda sincee 1933. The Goebel press was installed at the Talleres de Impresion de Estampillas y Valores, Mexico City (all part of the Secretaria de Hacienda y Crédito Publico [SHCP] like the Oficina de Hacienda => Ministry of Finance). The slanted lay-out of the Mexican 1P is because of the same unscreened method (compare the position of the paper in the Swiss Pro Juventute stamps!] |