- 1852-1957 - Dg
-
Geen coating op het papier en geen reacties onder UV afgezien
van rode drukinkten die bij sommige zegels een fluorescerende reactie
geven. Afgezien van emissie 1852 is tot 1926 geen watermerk gebruikt,
daarna een tijd lang bijna uitsluitend een watermerk voor zegels
gedrukt in rasterdiepdruk en offset.
- 1957-1967,1971 - V0-V3
-
Witoplichtende vezels in het papier, verder geen of zeer weinig
witte fluorescentie. Geen coating op het papier. Meestal aangeduid met
Profes papier. Zowel met als zonder watermerk voorkomend.
Voorbeelden: 1962-63 4c en 6c kleinformaat Landschap-zegels. Voor het
laatst gebruikt bij de 1971 oplage van de 2c en 3c Cour Internationale
de Justice.
- 1957-61 - Cr+D, V0-V2
-
Papier met een coating welke onder UV roseachtig aandoet, het
papier zelf reageert niet of is in lichte mate vervuild met
witoplichtende vezels. Meestal aangeduid met Engels gecoucheerd
papier. Het is dankzij deze kreet dat we bij vlagen in de Speciale
Catalogus NVPH de term gecoucheerd tegenkomen. Evenwel niet
consequent. De term was in de 50-er jaren misschien relevant, echter
nu al sinds 1970 bijna alle Nederlandse zegels op Engels gecoat papier
[van Harrison and Sons, Ltd] gedrukt worden slaat zo'n incidentele
vermelding nergens meer op. Alle Nederlandse voorbeelden: 1957 Zomer,
Kind [8c alleen], 1958 Kind, 1959 Kind, 1960 Zomer, Kind [alle op de
12c na, welke met Profes], 1961 Zomer. Ook voor de Overzeesche
Gebieden is dit papier gebruikt.
- 1961-1977 - Cw+V2, W
-
Witte fluorescentie in het papier en in de coating,
geen watermerk. Meestal aangeduid met Violino papier.
Voorbeelden: 1961 Kind als eerste, en als laatste van de Cour
Internationale de Justice zegels de 1974 oplage van de 2c , 4c, en 5c,
resp. de 1977 40c, 45c, en 50c. Ook voor Overzeesche Gebieden
gebruikt. Bijvoorbeeld als enige zegels van Nederlands Nieuw Guinea op
deze papiersoort: 1962 Sociale Zorg.
- 1962 - Fluor geel
-
Gele fluorescentie in de papierbrij, geen coating op het papier
en geen watermerk. Het betrof dus niet zondermeer Duits papier omdat
daar wel degelijk een watermerk aanwezig was, althans tot 1963. Alle
Nederlandse voorbeelden: 1962 4c en 8c Cijfertype van Krimpen, 12c
Kon. Juliana en profil. Ook van de 6c, van Krimpen, de 15, 20,
25, 30, en 50c Kon. Juliana en profil werden oplagen gedrukt
echter deze zijn nooit in omloop gebracht.
- 1967-1974 - Fg+Vr, Dr
-
Gele fosforescentie in de coating, geen witte fluorescentie in
de coating, en geen witte fluorescentie in het papier zelf afgezien
van vervuiling met witoplichtende vezels. Met watermerk. Het
zogeheten Sortectie-papier. Voorbeelden: Kon.Juliana en
Profil 12c, 15c, 20c, en 45c uitgegeven vanaf 1967, Cijfertype van
Krimpen 5c sinds 1971, de fosforescerende zegels uit de
automaatboekjes 6-11.
- 1968-1976,1979 - Fg+Dr
-
Als het vorige, Sortectie-papier, echter zonder
watermerk. Voorbeelden: vanaf 1968 PCGD 50jaar tot 1976 Amphilex,
daarna nog een keer voor de 1979 Unie van Utrecht zegel.
- 1969- Cgr+W
-
Witte fluorescentie in het papier, niet in de coating.
Meestal aangeduid met Violino Speciaal. Voorbeelden: 1969 Juliana
Regina guldenswaarden.
- 1969
-
Gele fosforescentie in de groene drukinkt, geen watermerk,
Violino met witte fluorescentie in coating en papier: 25c
Erasmus. De witte fluorescentie van de coating is slechts aan
velranden te zien.
- 1969-70? - Fg+V2, V3
-
Gele fosforescentie in de coating, geen witte fluorescentie in
de coating, wel veel wit oplichtende vezels in de papierbrij. Met
watermerk. Slechts bekend bij [deel]oplagen van sommige Kon.Juliana
en profil zegels: 12c [rol], en 25c [vel].
- 1972 - Fg+W
-
Gele fosforescentie in een aparte laag boven op de coating van
het Violino papier, witte fluorescentie in het papier, geen
watermerk. De witte fluorescentie van de gewone coating is
slechts aan velranden te zien. Alle Nederlandse voorbeelden: 1972
Europa 30c en 45c, Thorbecke 30c
- 1972-heden - FW+W
-
Gele fosforescentie en witte fluorescentie in de
coating, witte fluorescentie in het papier, geen watermerk. Het
zogenaamde Harrison fosfor-papier, naar de leverancier van
papier en postzegeldrukkerij van ondermeer de Engelse zegels. Het in
1986 gebruikte CPL papier voor een proef met de 55c cijfertype Crouwel
wijkt optisch praktisch niet af van het Harrison-papier, de inkt laat
zich echter na bevochtiging makkelijk van het papier afwrijven. Reden
waarom niet verdfer is gegaan met dit papier.
- 1975-1977,1981 FW+Dr
-
Gele fosforescentie en witte fluorescentie in de
coating, geen witte fluorescentie in het papier, geen watermerk. Het
zogenaamde Cellokote [voor rasterdiepdruk] of Basso
[voor offset] papier. Alle Nederlandse voorbeelden: 1975 Sparen, 1976
Kind, 1977 Spinoza, Bijbel, Kind, Nijverheid [enige zegel in offset],
1981 Export als laatste.
- 1976-1980 - Cgr+Dr
-
Gecoat papier, zonder luminescentie in papier of coating, geen
watermerk. Gebruikt voor de Juliana Regina guldenswaarden. Opvallend
is hier ook het voorkomen van glansdiagonalen -45/45.
- 1985 - Fr+W
-
Rode fosforescentie in de coating, witte fluorescentie in
coating en papier. Zogenaamd Helecon-papier.
Restvoorraad Harrison papier bestemd voor Australische zegels
abusievelijk gebruikt voor de postzegelboekjes met Zomerzegels.
- 1998-> Dp
-
Gele fosforescentie aangebracht op een deel van de
zegeltekening, de coating van het papier is violet-inert maar
glanzend. Papier van Tullis Russell bij zegels gedrukt door Walsall
Security Printing resp. House of Questa.
|