De 10, 11, 12, 13 en 14F waren de zegels nodig voor het binnenlandse briefpost-tarief laagste gewichtsklasse achtereenvolgens per: 15.04.1982, 15.04.1983, 01.02.1984, 01.03.1986, en 15.01.1990. Vanaf 01.02.1984 liepen ook de zegels voor de buitenlandse brief min of meer gelijk op: 22, 23, 24, en 25F, achtereenvolgens per 01.02.1984, 01.03.1985, 01.04.1986, en 15.01.1990. Behalve bij de 10F [in 1985, 1987-89] werden bovengenoemde waarden niet buiten de tariefsperiode aangemaakt. In de eerste helft van 1984 werden de 15, 30 en 50F [26 maart], en 20, 40 en 100F [12 juni] geintroduceerd. Afgezien van de 15F werden deze waarden nog regelmatig bijgedrukt. De 200F verscheen begin november 1986. |
The 10, 11, 12, 13 and 14F were necessary for inland letters in the lowest weight category from respectively: 15.04.1982, 15.04.1983, 01.02.1984, 01.03.1986, and 15.01.1990. From 01.02.1984 onwards also the postage rates for letters abroad ran more or less parallel: 22, 23, 24, and 25F, subsequently perr 01.02.1984, 01.03.1985, 01.04.1986, and 15.01.1990. Except for the 10F [in 1985, 1987-1989] none of the above values had been printed outside the postal rates period. In the first half of 1984 the 15, 30 and 50F stamps were introduced [March 26, 1984] and the 20, 40 and 200F [June 12th, 1984]. All, except the 15F stamps, have been reprinted several times. The 200F appeared early in November 1986. |