Inleiding In de Javabode van Woensdag 1 september 1937, pag.2, wordt uitvoerig verslag gedaan van het "Drukken van postzegels - Rotogravure op den Pasar-Gambir". De kwestie van de aanmaak van Nederlands-Indische postzegel in het land zelf was tot een paar jaar daarvoor heel actueel geweest. Over de Topografische Dienst heb ik uitvoerig geschreven in de April/Juni nummers van het Maandblad. Na de inval van Japan in Mantsjukwo in 1931 en de volgende conflicten met China [in juli 1937 waren China en Japan feitelijk in oorlog] was een verdere expansie van Japan in het verre oosten voorspelbaar. Men zou rekening moeten houden met het verbreken van de verbindingslijnen met Europa. De aanmaak van postwaarden en geldswaardig papier zou noodgedwongen in Indi? zelf moeten plaatsvinden. Voordat het echt zover was zou het nog 3 jaar duren. Ondertussen werden minder militaire argumenten gehanteerd. In 1936 had de drukkerij "de Unie" de mogelijke verlenging van het contract met Joh. Ensched? betreffende het aanmaken van Indische z egels aangegrepen om "de Regeering een serie kleurproeven van in haar drukkerij vervaardigde postzegels" toe te sturen "teneinde te demonstreren dat men voor de vervaardiging van postzegels ook in Indi? terecht kan." |
Op de tentoonstelling werd Zijne Excellentie de Landvoogd [Jhr. mr. A.W.L. Tjarda van Starkenborch Stachouwer] rondgeleid door de burgemeester van Batavia, ir. E.A. Voorneman, en voorgesteld aan de heren J.F. Hiemstra en Bleyie van de Koninklijke drukkerij "de Unie". Voorneman als voorzitter van het Pasar-Gambir Comit? hield een korte inleiding waarna Hiemstra een explicatie gaf betreffende de werking van een koperdiepdrukinstallatie en de wijze waarop een postzegel tot stand komt. In het dagblad-artikel wordt deze explicatie grotendeels weergegeven, en op een foto is te zien een tweetal drukvellen met elk 3x3 blokken van 4x2 zegels. Rond dezelfde tijd vermoedelijk verscheen een brochure: "De vervaardiging van postzegels middels Rotogravure", uitgegeven door de Kon. Drukkerij de Unie, Molenvliet Oost 8, Batavia-C. met op het voorblad een zegel van 12 1/2c Waardeloos. |
Een paar jaar later vinden we in het Maandblad in de rubriek Nederland en Overzeesche Gewesten van A.M. Benders [1939 pag. 230] over de "Aanmaak van zegels in Indi? zelf": "Een Aneta-telegram uit Batavia van 21 October meldt, dat volgens de "Java-Bode" is besloten, de Indische postzegels voortaan in Ned.-Indi? te doen drukken. De bedrijven, die hiervoor in aanmerking komen zijn de Kon. Drukkerij "de Unie" en de drukkerij Kolff & Co." In Europa was de oorlog uitgebroken [1 september, inval Duitsland in Polen] en het was duidelijk dat de aanmaak van postwaarden in Indi? nu snel gedwongen realiteit zou worden. Wat in de filatelistische pers niet terug te vinden, het valt ook iets buiten het strikte werkterrein, is de overdracht van de aanmaak van fiscale zegels van de Topografische Dienst aan de drukkerij G. Kolff & Co, te Batavia in 1937. ["Bij Regeeringsomslagvel d.d. 10 maart 1937 nr. 6143 [leeg] werd ingestemd met het voorstel van de Directeur van Financien om den aanmaak van statistiekzegels en met dat van den Directeur van Verkeer en Waterstaat om den aanmaak der goederengeldzegels op de dragen aan de N.V. Koninklijke Boekhandel en Drukkerijen G. Kolff en Co te Batavia; deze werkzaamheden geschiedden voordien bij het reproductiebedrijf van den Topografische Dienst."] |
Het Postzegelblad voor Indi?, schrijft in november 1939: "Overigens wordt in onze dagbladen de mogelijkheid weer besproken van zegelaanmaak hier te lande en zelfs werd medegedeeld dat hiertoe zou worden overgegaan. Dit is echter reeds meer beweerd zoodat wij maar een afwachtende houding aannemen. Vreemd klinkt het intusschen dat, waar de Topografische Inrichting te Batavia geld noch moeite heeft gespaard en de bewijzen heeft geleverd dat zij inderdaad werk kan leveren dat niet voor de Europeesche arbeid behoeft onder te doen, thans particuliere drukkerijen worden genoemd die onze toekomstige zegels zouden drukken. Hetgeen eenige jaren geleden op de Pasir Gambir door een dezer firma's werd geexposeerd, was verre van fraai." De rol van Kolff was kennelijk toen onder filatelisten onbekend, en het werk van "de Unie" werd niet erg hoog aangeslagen. Het is dan ook zeer de vraag of in 1939 "de Unie" nog echt een serieuze kandidaat was voor de aanmaak van postwaarden en of niet G. Kolff & Co al lang het pleit gewonnen had. |
Na de tweede wereldoorlog bereikte de filatelisten het zegelmateriaal: 12 1/2c Kreisler-zegels met "waardeloos" in plaats van de landsnaam, in een aantal verschillende kleuren. Het Nederlandsch Maandblad voor Philatelie maakt daarvan melding in de rubriek van A.M. Benders. [Nederland en Overzeesche Gewesten, 1946 pag. 111]. Een uitvoerig, zo niet compleet overzicht wordt bijna 10 jaar later gegeven door de rubriekredacteur Ned.Nieuw Guinea, Unie-Staten, Ned.-Indi? en Rep. Indonesia, A.J. Uylen. [Ned. Maandblad voor Philatelie 1955 pag. 162 resp. 181] "Ook de drukkerij "De Unie" te Batavia heeft getracht het contract voor de vervaardiging van postzegels te verkrijgen, dat uiteindelijk met de firma Kolff aldaar is gesloten. Hiertoe heeft eerstgenoemde drukkerij proefdrukken vervaardigd van de 12 1/2 ct. type Kreisler, in donkerblauwe kleur, in vellen van 12 blokken. Behalve in blauw kleur bestaan deze proefdrukken op gegomd en op ongegomd papier en tevens ook in bruin en in oranje op ongegomd papier. Wij beelden hierbij ??n dezer blokken af en geven een schematisch overzicht over het vel, dat een afmeting heeft van 50x32 1/2 cm. |
[afgebeeld wordt een schets van 4x3 blokken van 8] Blanco bovenrand breed 8,8 cm; idem benedenrand 5 cm; idem linkerrand 2,4 cm; idem rechterrand 2,6 cm; afmeting der blokken 10,1x4,9 cm: Behalve deze proefdrukken in blokken van 8 zegels, in rasterdiepdruk, zijn er ook nog proefdrukken geweest in koperdiepdruk in vellen van 60 zegels [6 horizontale rijen van 10 zegels] op gegomd papier. Deze vellen dragen alle in de linkerbenedenhoek twee stempels en wel: "Proefdruk" [omlijnd] en "N.V. Koninklijke Drukkerij de Unie, handtekening van de bedrijfsleider in inkt, en daaronder p.p. Bedrijfsleider". De kleur van deze twee stempels is violet. De afbeelding is gelijk aan die in de blokjes van 8 zegels, en de kleuren zijn: lichtoranje, donkerblauw, iets lichter donkerblauw, blauwgroen, lichtblauwgroen, lichtgroen, donkersepia, iets lichter sepia, en bruinviolet. Dit zijn de 9 bekende kleuren, terwijl volgens de aantekening er nog een 10e kleur gebruikt moet zijn. Ook hier zijn de schaduwpartijen, vooral op de wang, nogal verschilend, hoewel de verschillen niet zo groot zijn als bij de blokjes van 8 zegels." |
Aan deze omschrijving zou niet veel toe te voegen zijn, ware het niet dat het PTT-Museum in 1991 een aankoop heeft gedaan van proefdrukken van "de Unie". Het gaat om een album waarin een aantal ongetande vellen van de 12 1/2c Waardeloos. Op het voorblad staat onder elkaar geschreven: Ontvangen negen bladen Bat.C. 21 october 1947 [handtekening onleesbaar] H.van Hoek [?] en Inhoud Tien bladen a 60 [zestig] zegels a ƒ012 1/2 waardeloos Proeven in diepkoperdruk pp.. J. Hiemstra |
J. Hiemstra zijn we al in het Pasar-Gambir verhaal tegengekomen, bij deze proeven fungeert hij als bedrijfsleider. De tegenstrijdigheid: 9 vs 10 bladen [in het album waren er maar 9] zagen we ook al in het verhaal van Uylen. In het album zelf 9 bladen van 10x6 zegels met alom blanco rand, meestal aan de rechterrand vastgeplakt op de albumbladen. De volgorde van kleuren in het album is overenkomstig het verhaal van Uylen, echter de donkerblauwe mist een stukje rand dat een pagina verder geplakt vastzit waar de lichter donkerblauwe los ingevoegd was. Dit alles wijst er op dat hetgene door Uylen in 1955 is beschreven het zelfde materiaal is dat thans in het PTT-Museum aanwezig is. En hoogstwaarschijnlijk ook het enige materiaal dat thans nog bekend cq bestaat. |
Dit in tegenstelling tot de blokken van 8 zegels die in meerdere collecties [zowel verzamelaars als PTT-Museum] terug te vinden is. Over deze blokken weet Uylen de exacte afmetingen van het drukvel te vermelden: 12 = 4x3 blokken, anders dus dan op de foto in de Java-Bode te zien was, 50x32 1/2 cm, en blanco bovenrand breed 8,8 cm; idem benedenrand 5 cm; idem linkerrand 2,4 cm; idem rechterrand 2,6 cm; afmeting der blokken 10,1x4,9 cm. De afmeting per blok is in werkelijkheid die van de 4x2 zegels, de blanco randen tussen de blokken wordt dus niet meegeteld. De blokken, afhankelijk van hoe ze gesneden zijn meten circa 13.5x7.0cm. |
Als we van de drukvelrand afmetingen volgens Uylen 1cm afhalen om dat bij elk afzonderlijk blok te laten, krijgen we: bovenrand 8cm, onderrand 4cm, linker- en rechterrand 1,5cm. Voor de hoogte hebben we dan 8+4+3*7=33cm, voor de breedte 2*1.5+4*13.5=57cm. De hoogte kan redelijk kloppen met de 32 1/2cm dus 3 blokken, de breedte laat zich niet rijmen met 50cm. De foto in de Java-Bode lijkt een 4e blok in de breedte uit te sluiten. Mijn voorlopige conclusie is dat het drukvel 3x3 blokken groot was en niet 4x3 zoals in Uylen's artikel wordt aangegeven. Aan de hand van kleine kenmerken moet elk blok van 8 uit het drukvel ??nduidig vast te stellen zijn. De blauwe gegomde versie die Uylen noemt ben ik niet tegen gekomen. |
Overzicht van de diverse postzegels met de druktechnische aspecten
De proeven uit de blokken van 8 zijn in het Proevenboek van van Dieten [1988, Den Haag] genoemd onder de nummers: 188a-188c. Als nummer 189a-189d wordt door van Dieten een 2.50 gld Waardeloos beschreven [zegelafbeelding 30x30mm i.p.v. 23x23mm] in de kleuren: oranjerood, blauw, lila en bruin. Verder geen details wat betreft drukker, proc?d?, papier e.d. Onder de mij tot nu toe bekende proeven van G. Kolff en Co, ben ik zo'n 2.50 gld niet tegengekomen. Gezien de kleurstelling niet onmogelijk dat deze ook van "de Unie" afkomstig zijn. |
Net als bij de proeven van de Topografische Dienst [en de nog niet door mij behandelde G. Kolff en Co] is het grote probleem dat over de achtergrond van de proeven weinig terug te vinden, en dat de druktechnische beschrijving in de filatelistische literatuur meestal ontoereikend is - het Proevenboek b.v. gooit alle Nederlands-Indische in Indi? gedrukte en JOHEZ proeven op ??n grote hoop -. De Indische dagbladen uit die tijd geven vaak nog de meeste achtergrond informatie, en eigenlijk zouden deze nog verder uitgespit moeten worden. |
NMPh 1939 pag. 230 rubriek Nederland en Overzeesche Gewesten [A.M. Benders] "Aanmaak van zegels in Indi? zelf. Een Aneta-telegram uit Batavia van 21 October meldt, dat volgens de "Java-Bode" is besloten, de Indische postzegels voortaan in Ned.-Indi? te doen drukken. De bedrijven, die hiervoor in aanmerking komen zijn de Kon. Drukkerij "de Unie" en de drukkerij Kolff & Co. In vroegere jaargangen van het Maandblad is al herhaaldelijk sprake geweest van het drukken van zegels in Indi? zelf. Het lijkt dus nu ernst te gaan worden." Java-Bode van 21 october 1939 pag 1, Postzegels in Indi? in de toekomst hier gedrukt "Thans vernomen wij dat besloten is in de toekomst postzegels in Indi? te laten drukken. Daarvoor zou in aanmerking komen twee bedrijven: de Koninklijke Drukkerij "de Unie" en "Kolff" te Batavia." |
Postzegelblad voor Indi? Jrg 2, nr. 11, november 1939 "Nederland en Koloni?n" "Uit betrouwbare bron vernemen wij dat bij de firma Ensched? de nieuwe Nederlandsche zegels zijn gereedgekomen. Hierna zou onmiddelijk met de nieuwe Indische serie een aanvang worden gemaakt. Ensched? is overstelpt met werk voor distributiekaarten enz., zoodat het niet onmogelijk is dat de aflevering van onze zegels hieronder lijdt. Overigens wordt in onze dagbladen de mogelijkheid weer besproken van zegelaanmaak hier te lande en zelfs werd medegedeeld dat hiertoe zou worden overgegaan. Dit is echter reeds meer beweerd zoodat wij maar een afwachtende houding aannemen. Vreemd klinkt het intusschen dat, waar de Topografische Inrichting te Batavia geld noch moeite heeft gespaard en de bewijzen heeft geleverd dat zij inderdaad werk kan leveren dat niet voor de Europeesche arbeid behoeft onder te doen, thans particuliere drukkerijen worden genoemd die onze toekomstige zegels zouden drukken. Hetgeen eenige jaren geleden op de Pasir Gambir door een dezer firma's werd geexposeerd, was verre van fraai." |
NMPh 1946 pag. 111 rubriek Nederland en Overzeesche Gebiedsdeelen [A.M. Benders] "Proeven van de 12 1/2 cent type-Kreisler. Lang geleden is in het Maandblad eens een proef van de 12 1/2 cent Kreisler afgebeeld, die in plaats van de landsnaam de inscriptie "Waardeloos" droeg. Van dit zegel zagen we nu complete velletjes van 8 stuks [2 rijen van 4] met breede randen, op dit papier zonder gom. De kleuren waren resp. oranje, donkerblauw en bruin. Op den rand van een van de velletjes was geschreven "Proefdruk in koperdiepdruk 1938, Kon. Drukkerij De Unie, Batavia". - Het was echter duidelijk, dat de druk rotogravure is, en geen echte koperdiepdruk. Blijkbaar zijn dit "drukproeven" om na te gaan of de druk van de Indische zegels in Indi? zelf mogelijk was, iets waarover in die jaren veel te doen is geweest." |
NMPh 1955 pag. 162 rubriek Ned.Nieuw Guinea, Unie-Staten, Ned.-Indi? en Rep. Indonesia [A.J. Uylen], pag. 181 correctie "Ook de drukkerij "De Unie" te Batavia heeft getracht het contract voor de vervaardiging van postzegels te verkrijgen, dat uiteindelijk met de firma Kolff aldaar is gesloten. Hiertoe heeft eerstgenoemde drukkerij proefdrukken vervaardigd van de 12 1/2 ct. type Kreisler, in donkerblauwe kleur, in vellen van 12 blokken. Behalve in blauw kleur bestaan deze proefdrukken op gegomd en op ongegomd papier en tevens ook in bruin en in oranje op ongegomd papier. Wij beelden hierbij ??n dezer blokken af en geven een schematisch overzicht over het vel, dat een afmeting heeft van 50x32 1/2 cm. Blanco bovenrand breed 8,8 cm; idem benedenrand 5 cm; idem linkerrand 2,4 cm; idem rechterrand 2,6 cm; afmeting der blokken 10,1x4,9 cm: |
Behalve deze proefdrukken in blokken van 8 zegels, in rasterdiepdruk, zijn er ook nog proefdrukken geweest in koperdiepdruk in vellen van 60 zegels [6 horizontale rijen van 10 zegels] op gegomd papier. Deze vellen dragen alle in de linkerbenedenhoek twee stempels en wel: "Proefdruk" [omlijnd] en "N.V. Koninklijke Drukkerij de Unie, handtekening van de bedrijfsleider in inkt, en daaronder p.p. Bedrijfsleider". De kleur van deze twee stempels is violet. De afbeelding is gelijk aan die in de blokjes van 8 zegels, en de kleuren zijn: lichtoranje, donkerblauw, iets lichter donkerblauw, blauwgroen, lichtblauwgroen, lichtgroen, donkersepia, iets lichter sepia, en bruinviolet. Dit zijn de 9 bekende kleuren, terwijl volgens de aantekening er nog een 10e kleur gebruikt moet zijn. Ook hier zijn de schaduwpartijen, vooral op de wang, nogal verschilend, hoewel de verschillen niet zo groot zijn als bij de blokjes van 8 zegels." |
Java-Bode van 1 september 1937 pag. 2, Drukken van postzegels in Rotogravure op den Pasar-Gambir Drukken van Postzegels - Rotogravure op den Pasar-Gambir. Zaterdagmiddag l.l. heeft de Landvoogd, naar men weet, een bezoek gebracht aan den Pasar-Gambir, waarbij Z.Exc. werd rondgeleid en ingelicht door den voorzitter van het P.G.-Comit?, ir. E.A. Voorneman, en verschillende andere comit?leden. Onder de stands, welke met een bezoek werden vereerd, behoorde ook die van de Koninklijke drukkerij "de Unie" alhier, welke is ondergebracht in het gebouw waar de Chineesche porselein- en de Postzegel-tentoonstelling worden gehouden. Speciale aandacht werd door Z.Exc. geschonken aan de aparte inzending proefpostzegels, door "de Unie" vervaardigd. De heeren Hiemstra en Bleyie, van de Koninklijke drukkerij "de Unie", werden door burgemeester Voorneman aan Zijne Excellentie voorgesteld. De voorzitter van het Pasar-Gambir-Comit? maakte er Zijne Excellentie daarbij opmerkzaam op, dat "de Unie" het vorig jaar, toen de verlenging voor het contract betreffende het maken van Indische postzegels met de firma Ensched? in Holla nd ter sprake werd gebracht, aan de Regeering een serie kleurproeven van in haar drukkerij vervaardigde postzegels heeft toegezonden, teneinde te demonstreeren dat men voor de vervaardiging van postzegels ook in Indi? terecht kan. De heer Hiemstra gaf hierop een explicatie betreffende de werking van een koperdiepdrukinstallatie en de wijze waarop een postzegel tot stand komt, welke ongeveer op het volgende neerkomt: ... ... Met eenige opmerkingen omtrent het rotogravureraster en het autotypieraster besloot de heer Hiemstra zijn uiteenzetting, welke door den Landvoogd met aandacht werd gevolgd. |