De Aangetekend-postzegels zijn medio maart 2000 ingevoerd. Het zegel dat geen waardeaanduiding draagt werd aanvankelijk voor f 11,50 verkocht. Al op 1 juni 2000 verscheen een nieuwe versie met aangepaste tekst. Op het formulier zit bovenaan de zelfklevende zegel, daaronder zit het verzendbewijs. Op de achterzijde de instructies e.d. Het formulier meet 15.0x11.0cm, de zegel alleen meet 11.0x4.0cm. Er zijn tot nu toe een aantal varianten aangetroffen waarbij behalve op variatie in tekst en layout, de vorm van de 'R' gelet moet worden op de manier van vastlegging van het individuele barcodenummer per zegel. Bij het vaststellen van de varianten wordt ook de verandering van tekst op de achterzijde van het postfrisse exemplaar meegenomen. |
Er bestaan 2 series - afhankelijk van de doelgroep zijn de voorloopletters bij het individuele barcodenummer anders - voor de particuliere gebruiker [RRBA of RRCA] en voor de zakelijke markt [RRZP zakelijke post]. In eerste instantie heb ik de zegels voor het Maandblad bijelkaar beschreven en genummerd. Na de opmerking van Robert Timmerman dat juist de doorlopende individuele barcodenummers het identificeren beter mogelijk maakten en dat als beide series - met hun eigen aparte nummering - op een grote hoop werden gegooid, dat voordeel te niet zou worden gedaan, heb ik de beide series apart van catalogus-nummers voorzien. |
Aangetekend postzegels voor de particuliere markt |
Aangetekend postzegels voor de zakelijke markt, met 'Z' in de bovenste ronde afstempel-cirkel |
Het 'platen' van de Aangetekend postzegel Het groene raster is bij uitstek geschikt om de diverse drukvorm-posities te omschrijven. De meest uitgebreide manier is de beschrijving van de groene rasterpuntjes in de 'g' van 'kg', waarbij in drie stappen het bovenste rondje, de rechter insteeksel en het onderste rondje worden beschreven door van links naar rechts de rijtjes rasterpuntjes van linksonder naar rechtsboven te tellen - relatief kleinere puntjes krijgen een 1/2 , zeer veel kleinere een ( 1/2 ). Dit is overigens een methode die al veel vruchten heeft afgeworpen bij het vaststellen van de diverse kaftvarianten van de Casparie hangboekjes zoals gedaan door Huig Tielman en mij. Een hele grove manier is het tellen van het aantal punten aan de linkerkant van het 'insteeksel': 4 of 5 puntjes. Niet altijd is dat voldoende gebleken. Door ook op andere plaatsen naar de uitrastering te kijken is er meer zekerheid te krijgen. Bovendien zal bij een rasterstand van 45 graden het groen een rij horizontale puntjes cq een kolom verticale puntjes altij d 'uitgelijnd' moeten zijn, wat soms bij een bepaalde uitrastering uitsluit dat de zegels naast of onder elkaar op de drukvorm hebben gezeten. |
Een extra hulpmiddel is bovendien de uitrastering van de rand van de grote uitgespaarde rechthoek waarin zich de barcode bevindt. Bij het 'schaakbord' zegel is de bovenkant geheelpuntig en de onderkant gehalveerd of andersom. Dit betekent dat de twee gevonden posities niet naast elkaar op het drukvel kunnen staan. Daar komt voor dit 'schaakbord' zegel nog bij dat beide aan de linkerkant van de rechthoek een zeer minieme verticale kolom van rasterpuntjes vertoont. Dat wijst erop dat ze boven elkaar moeten zitten. Een dilemma ontstaat dan over het aan de rol gedrukt zijn van deze zegel. Twee zegels onder elkaar met een papierrichting ↔ [d.w.z. in de lengterichting van het losse zegel] zou inhouden dat de cylinderomtrek slechts 10cm was terwijl 30cm [twee complete zegels onderelkaar] een veel plausibeler cylinderomtrek is. |