In 1991 werd door de British Post Office een langdurig [vijfjaars-] contract gesloten met Joh. Enschedé en Zonen voor de leverantie van langlopende frankeerzegels in rasterdiepdruk. Het betrof een zogenoemde back-up contract voor grote aantallen zegels zowel 1st class als 2nd class van hoge kwaliteit te leveren op korte termijn als de reguliere leverancier problemen zou hebben met het leveren van postzegels en papier. Zoals al gememoreerd was Harrison and Sons de enige van de Engelse postzegeldrukkers die toen nog zegels in loketvellen leverde. Op 16 september 1991 werd het second-class binnenlands brieftarief verhoogd van 17p naar 18p. Op 10 september verscheen al de Harrison druk eerst in vellen van 10x20 en één week later ook in verticale rollen van 500. Wat de aanleiding geweest moge zijn voor de Enschedé oplaag is niet bekend. Op 19 november 1991 verscheen de 18p gedrukt door Joh. Enschedé en Zonen. Het belangrijkste verschil met de Harrison-druk zit in het gegraveerd zijn van de cylinders, de duidelijk van 45 graden afwijkende hoek die de rasterlijnen maken en eerder rond de 30 graden uitkomt. Het in Haarlem aanwezige modelvel is voor accoord getekend op 15 oktober 1991. |
De velopmaak van de Machin-zegels bij Joh. Enschedé gedrukt is vanaf de 15p proef als volgt: Een drukvel bestaat uit een linker- en een rechtervel van 10x20 zegels. Boven de zegels 5/6 resp. onder de zegels 195/196 bevinden zich 3 gekleurde wiggen naar de binnenkant van het vel toe, zowel op het linker- als het rechtervel. Een zelfde soort wiggen ook naast de zegelrijen 10/11 aan weerszijden van zowel linker- als rechtervel. Een tekst Total sheet value ś... op de linkervelrand met de basis naar rechts naast de rijen 5/7 en 15/17, en op de rechtervelrand met de basis naar links naast de rijen 5/7 en 15/17. En dat bij zowel de linker- als de rechtervellen. Links naast zegelrij 18 - van zowel linker- als rechtervel - een liggende H met daarin rechts van de staande streep een gekleurd cylindernummer. Onder de zegels 191-200 horizontale gekleurde balkjes per zegel. In de middenbaan tussen het linker- en het rechtervel ter hoogte van zegelrij 2 een schuine naar rechts oplopende registerbalk, met daaronder naast zegelrij 3 een horizontale registerbalk. Links naast zegelrij 20 [zow el linker- als rechtervel] met de basis naar rechts het woord Enschedé. Het cylindernummer bij de 18p is 1, en de Total sheet value ś36. |
De zegels zijn alle gedrukt op een 5-kleuren Goebel-pers. De rastermaat voorzover daar bij de gegraveerde cylinders sprake van is wordt in de Engelse literatuur opgegeven als 117 lijnen per cm. In de Nederlandse notatie komt het neer op 7 punten/mm horizontaal en 10 punten/mm verticaal en een hoek van circa 30 graden. De rastering van linker- en rechtervel is gelijk maar per kolom is die verschillend, binnen dezelfde kolom is de rastering identiek. Een verschijnsel dat we ook kennen van de Nederlandse Kon. Beatrix inversie bijvoorbeeld. Wat wel opvallend is is dat langs zijranden de rasterpunten niet recht boven elkaar staan maar iets naar rechts hellen waardoor de indruk van een verspringing wordt gewekt. Nog vreemder is het dat die verspringing bij alle latere waarden op dezelfde plek lijkt te geschieden! De drukrichting is B. |
De scheerperforatie heeft aan de gomzijde papierrestjes die naar onderen omgebogen zijn. Het is tanding 14 3/4:14 met 15/17 tanden horizontaal/verticaal. Het perforatiebeeld is d/2/d/2 [zowel linker- als rechtervel]. De perforatiegaten zijn nog gewoon rond. De fosfor-balken zijn 4mm breed en lopen verticaal midden over de zegels heen, in de boven- en ondervelrand geheel doorlopend. Anders dan bij de Harrison-druk is aan de fosfor-balk een fluorescente stof toegevoegd die onder lange-golf UV een geelgroene glans geeft. De naam van de fluorescente stof is de al genoemde Cartax. |
Bij deze 18p zegel is het CPL papier voor het eerst bij Engelse zegels voor rasterdiepdruk gebruikt! Het papier is bewust van een andere leverancier betrokken immers bij een back-up situatie moet rekening gehouden worden met het feit dat Harrison and Sons noch zegels noch papier zal kunnen leveren. Het papier bevat in de coating weinig witmakers, het papier is nog duidelijk voorzien van witmakers. De synthetische gom is in Haarlem aangebracht en is blauwachtig met zwak zichtbare vlekken zoals de Nederlandse D2b. De gom is PVA, dus zonder dextrine! Het papierdoorzicht is III-60/40. |
De enige andere postzegeldrukkerij met veel ervaring in zowel rasterdiepdruk als Engelse papier-leveranciers was de Belgische in Mechelen. Het eerste zogenoemde polyvalent papier werd in 1975 gekocht bij Inveresk. In de periodes 1983-84 en 1986-87 werd de postzegelpapier-aanbesteding gewonnen door Slater. Het jaar daarop mislukte het omdat het papier op de aspecten relative humidity, porosity and smoothness niet voldeed. Het waren vergelijkbare aspecten - de watervastheid - waarop de proef van Joh. Enschedé in 1987 met de Nederlandse 55c Crouwel mislukte. Het proefpapier was afkomstig van Coated Paper Ltd, waarin Slater inmiddels was opgegaan. Begin 1991 mocht CPL weer postzegelpapier aan Mechelen gaan leveren. |